dinsdag 29 oktober 2013

Terugblik


Zo is er een eind gekomen aan drie weken Indonesie. Drie enerverende weken, dat kunnen we wel stellen. Hoewel we eigenlijk vooral Flores en Sumbawa zouden bezoeken, hebben we - al dan niet gepland - Java (Jakarta), Bali en Lombok ook bezocht, zodat we een aardig beeld van het land hebben gekregen. Voor Robert, Klaas en mijzelf de eerste kennismaking met onze voormalige kolonie, voor de anderen een aanvulling op hun eerdere ervaringen. Typisch voor Azie zijn de geuren, kleuren en geluiden. Etensluchten afgewisseld met rioolluchten, de bijzonder kleurrijke natuur en bevolking, het getoe ter van de scooters en de oproepen van de moskee. Je krijgt de hele dag zoveel prikkels in dit land. Het is echt een andere wereld.

Wat heeft nu het meeste indruk gemaakt? Niet zozeer de steden, want die zijn in onze ogen eigenlijk vooral een puinhoop. Het gekrioel van mensen, geiten, scooters en koetsjes is heel kenmerkend en vooral ook fotogeniek, maar verwacht geen mooie parkjes of gebouwen. Het is veel meer de natuur die indruk maakt. De enorme verscheidenheid aan bomen, planten en dieren, zowel boven als onder water. Het snorkelen boven koraalriffen was werkelijk geweldig. De varanen waren indrukwekkend groot. Maar misschien het meest bijzonder zijn toch de mensen. Ongelooflijk wat een vrolijke en vriendelijke mensen. Hele schoolpleinen die leegstromen als die rare blanken voorbij fietsen. "Hello Misteeeer!". Zwaaiende vrouwen in een rijstveld, moeders die niets liever dan op de foto gaan met hun kind. Die mensen hebben bar weinig maar van hun opgewektheid kunnen wij nog wel wat leren.

De reis hield voor mij het midden tussen een vakantie en een expeditie. Rondtrekken en dan vooral op een fiets over eilanden waar toerisme praktisch onbekend is, is geen alledaagse bezigheid. Dat had ik vooraf wel ingecalculeerd, maar de praktijk was wat mij betreft nog wat 'heftiger'. Zeker als fietser moet je zorgen fysiek in staat te blijven om de loodzware kilometers af te leggen. De steile wegen op Flores, de enorme hitte op Sumbawa, dat heeft een forse impact op je lichaam. Je drinkt ongelooflijk veel, maar moet ook zorgen voldoende voedsel binnen te krijgen om de 'motor' draaiende te houden. Dat is in de praktijk best een uitdaging gebleken. Een karig ontbijt en beperkte mogelijkheden onderweg als het om voedsel gaat. Afstanden van 60-80 kilometer waren onder deze omstandigheden echt wel genoeg omdat je midden op de dag echt 'gaar' werd in de hersenpan. Van Riung tot en met Labuan Bajo telde onze 'wielerploeg' acht leden. Sjaak en Carla Burghouts zorgden voor tijdelijke versterking. Zij hadden Lombok en Sumbawa toen al gehad.

We waren er op voorbereid dat op deze eilanden wel eens geïmproviseerd zou moeten worden, omdat nu eenmaal alles niet zo georganiseerd verloopt als wij thuis gewend zijn. Dat we zoveel gedoe zouden hebben om überhaupt met onze fietsen van Bali naar Flores te reizen, dat valt daar wat ons betreft niet onder. Hier is Indonesia Travel flink nalatig geweest in de communicatie en organisatie en dat heeft ons twee dagen met veel stress op het vliegveld van Denpasar opgeleverd. De ene dag vertraging door de APEC conferentie was ingecalculeerd, maar de dag erna hadden we veel eerder op het vliegveld moeten zijn omdat ze vluchten gewoon zwaar overboeken. Daarnaast konden 6 fietsdozen met geen mogelijkheid mee met de kleine vliegtuigjes naar Flores. Dat had Indonesia Travel moeten weten en regelen en niet ons met een onmogelijke opdracht moeten opzadelen. Hier is wat mij betreft het laatste woord nog niet over gezegd.

Zeker bij zulke situaties kon je er goed achter dat communiceren met Indonesiërs geen eenvoudige zaak is. Los van het wat moeizame Engels is het om wat voor reden dan ook moeilijk om een antwoord op een duidelijke vraag te krijgen. Draaien, afschuiven en soms liegen kunnen veel irritatie opwekken. Dat laatste gold zeker niet voor onze gids Yudi, maar ook met hem wisten we niet altijd waar we aan toe waren. Zeker op Flores bleek dat hij weinig of geen benul heeft van afstanden en hoogten, iets wat voor een fietser nogal essentieel is. De fietsinformatie vooraf van Indonesia Travel blonk ook uit door vaagheden die we met doorvragen ook nauwelijks opgehelderd kregen. De heuvels en bergen zouden vergelijkbaar zijn met Limburg of Ardennen ... nou daar ken ik weinig klimmetjes naar 1300 meter hoogte of met gemiddelde stijging van 15-20%. Met name onze eerste fietsrit van Riung naar Bajawa was door de steile en bijzonder slechte wegen een onmogelijke opgave. Ik kan me niet voorstellen dat hier eerder door 'normale' fietsers is gereden. De wegen op Sumbawa waren prima, de heuvels ook beter te doen. Dat zou je qua lastigheid Limburg/Ardennen kunnen noemen, maar dan wel in een snelkookpan.

De hotels waren soms ook wel een beproeving. We wisten dat luxe verblijven niet echt voorhanden waren op deze eilanden, maar het was soms wel erg beroerd. En dan vooral de badkamers, die zijn eigenlijk nergens echt fris en soms ronduit vies. Positieve uitzonderingen waren het verblijf bij de nonnen in Ruteng en het duidelijk meer toeristische Labuan Bajo, waar overigens dan wel de ratten door het restaurant liepen. Wat milieu en hygiene betreft bevindt dit land zich naar onze maatstaven  nog ver in de vorige eeuw. Overal vuilnis op straat, stinkende riolen waar kippen en ratten hun maaltje bijeen scharrelen. Kleding en jezelf wassen in de rivier, het is echt een Derde Wereld gebied in dat opzicht. De focus van de mensen is ook de heel erg op de korte termijn gericht. Daar tegenover staat dan wel weer dat ze op sommige punten weer heel modern willen zijn. Naast de bouwval van een hutje staat een grote schotelantenne, achter op de scooter naar school zitten moslimmeisjes te whatsapp-en op hun mobieltje. Een prioriteitsstelling die voor ons niet te begrijpen is. Sjalottenkweker Frans Serhalawan heeft ons wel een tipje van de sluier doen oplichten hoe deze mensen denken en leven.

Rondtrekkend door dit land vraag je je ongewild af hoe het verder gaat met dit land en deze vriendelijke mensen. Wat leren die kinderen in die paar uur dat ze per dag in een schoolgebouw verblijven? Hoe ziet hun toekomst er uit? Zestig procent van de bevolking is jonger dan 16 jaar. In tegenstelling tot Jakarta en Bali is er op Sumbawa en Flores ruimte genoeg. Infrastructuur is daarentegen beroerd. Snelwegen en spoorwegen bestaan gewoon niet. De scooter is hun vervoersmiddel. Daar zijn ze heel creatief mee in het gebruik. Het hele gezin maar ook alle handelswaar passen er op. Zijn deze mensen in staat om voor zichzelf een beter toekomst te creëren? Zijn ze er wel mee bezig of vinden ze het prima om voor hun huisje te hangen en naar voorbijgangers te zwaaien? Wat maken de politici waar die overal op grote borden zichzelf aanprijzen voor de verkiezingen die pas over een half jaar zijn? Pikken deze mensen het dat ze voor een hongerloontje rijst staan te planten terwijl er een mega-rijke bovenlaag is?

Kortom, we hebben een fascinerende reis gemaakt door een andere wereld. En nu terug naar het land waar men zich druk maakt om Zwarte Piet.


1 opmerking:

  1. Zelf samengesteld of uit een reisboek. Graag hoor ik hoe deze reis is samengesteld. Contact kan via Henk van Zanen of mij gelegd worden. Eens wil ik een keer naar Indonesië.

    BeantwoordenVerwijderen